Jaloezie vernietigt een hele wereld. Als ík jou niet kan hebben... | column
© Foto Hielco Kuipers
Het is het eerste college in de recent ontwikkelde cursus Psychologie voor leerkrachten in het middelbaar onderwijs en ik besluit middels een paar ’stevige’ vragen meteen maar met de deur in huis te vallen. Als eerste: wat is als volwassene onze belangrijkste psychologische vaardigheid?
Er worden een hele reeks vaardigheden genoemd maar geen treft direct doel. Dat is namelijk goed met je gevoelens om kunnen gaan. Met je angsten, gedeprimeerdheden, boosheden, schaamten, vreugden, enzovoorts.
„Met welk gevoel is er goed mee omgaan doorgaans het moeilijkst, denk je?”, is mijn volgende vraag. Opnieuw lopen de antwoorden sterk uiteen. Maar wat vooral opvalt is dat beide keren één bepaald gevoel niet wordt genoemd. Mogelijk omdat het voor veel mensen een moeilijk toe te geven en te hanteren gevoel is. Een gevoel ook dat meer dan enig ander levens en relaties bedreigt of zelfs voorgoed vernietigt. En daarom al sedert mensenheugenis als het meest gevaarlijke wordt beschouwd, zowel om te hebben als om aan blootgesteld te worden.
Dat gevoel? Jaloezie! Het gevoel dat zowel volgens het christendom als de islam de oorzaak is van de eerste moord in de schepping. Kaïn die zijn broer Abel doodt omdat hij niet kan verdragen dat God het offer dat hij hem brengt niet aanneemt en dat van Abel wel. Kern van dit bijbelverhaal is het verlangen van een kind, van Kaïn, om in de liefde van de schepper, van God de vader, op de eerste plaats te komen en geen rivaal naast zich te dulden.
Bij kinderen is deze neiging onbewust en een tijdlang normaal. Bij volwassene is het een ’stoornis’. Voor een gezonde ontwikkeling is de oplossing daarvan noodzakelijk want alleen zo ontwikkelen we het vermogen om liefde en liefdesrelaties met anderen te delen in plaats van ze uitsluitend voor onszelf op te eisen.
Het niet oplossen ervan, de ’jaloezie fixatie’, betekent het onvermogen om iets of iemand naast je te dulden. De ander is jouw bezit, hij/zij behoort jou toe en daarom mag je ook met hem doen wat jou goeddunkt. Deze fixatie leidt in relatieconflicten niet zelden tot een verschrikkelijke daad. De jaloerse partner verdraagt niet, koste wat het kost, dat de ander zich losmaakt. Onder de gedachte ’als ik jou niet kan hebben zal niemand je hebben’, doodt deze naast de (ex-) partner, vaak ook eventuele kinderen, steekt soms zelfs de woning in brand of blaast deze op en beëindigt zo of anders ook het eigen leven.
Kortom, jaloezie vernietigt een hele wereld. Ik meen dat dit proces, zij het op veel grotere schaal, zich ook tussen Rusland en Oekraïne voltrekt. Poetin ziet Oekraïne als zijn bezit, daarom mag hij er ook zo maar binnenvallen, pikt het niet en staat te trillen van woede als Oekraïne aan andere partners de voorkeur geeft. Hij zal doorgaan met verwoesten en doden tot het in Oekraïne geen leven meer is. In zijn eigen woorden, volgens een correspondent in het Kremlin: „Als ík Oekraïne niet kan hebben, dan zal niemand dat hebben.”
(Reageren? diekstra.rene@gmail.com)