Dat Knollendam in staat is om na de zomer een representatief team op de been te brengen voor de standaardklassen kwam voor velen als een verrassing. ook binnen de club, erkent bestuurslid René Oortwijn. ,,We hadden geen idee dat we er zo dichtbij zaten. De afgelopen seizoenen bevonden we ons in de hoek waar de klappen vallen.’’

De accommodatie van VV Knollendam ziet eruit om door een ringetje te halen. De club werd vorig seizoen in de KNVB vertegenwoordigd door twee teams, beide ploegen kwamen uit in de reserve achtste klasse. Het complex werd daarnaast regelmatig verhuurd aan omliggende verenigingen.

De Oostknollendamse vereniging zag zich een jaar geleden genoodzaakt het eerste team terug te trekken. De directe aanleiding was de verminderde animo als gevolg van de twee achtereenvolgende ’coronacompetities’. Maar de neerwaartse spiraal was al eerder ingezet. De terugkeer als trainer van Geert Rol bij de club waarvoor hij als jeugdspeler uitkwam zorgde aanvankelijk voor een aanzuigende werking. ,,Maar toen Geert vertrok verlieten ook veel van die jongens ons’’, kijkt Oortwijn terug. Een aanvulling vanuit de eigen gelederen is al geruime tijd een utopie. ,,In Andy Huitema vonden we opnieuw een gedreven trainer. In eerste coronaseizoen werd nog veel opgevangen, maar in het tweede jaar werd het steeds lastiger. Na afloop van die competitie moesten wij concluderen dat wij niet in staat waren een fatsoenlijk team op de been te brengen voor de standaardklassen. We hebben er niets aan om wekelijks met dubbele cijfers te verliezen. Vandaar dat we het eerste elftal terugtrokken. Met de kans dat we daarmee de hele club zouden laten ontploffen. Gelukkig is dat laatste niet gebeurd.’’

Knollendam beschikt niet over een jeugdafdeling en kent gemiddeld zo’n zeventig leden. Er is van alles geprobeerd om de club onder de aandacht te brengen. ,,We hebben op diverse manieren geprobeerd om de vereniging te promoten. Maar we kregen er geen enkele reactie op. Alle moeite was voor niets. Maar we moesten door als club. Dat onze voorzitter George Zwart aangaf te stoppen maakte het extra lastig. George is een man van het dorp. Hij was altijd in de buurt. Dat lukt de overige bestuursleden niet.’’

Oortwijn woont zelf ook in het dorp, werkt ver daar buiten, speelde van zijn 16e tot zijn 36e in het eerste elftal en deed dat met bekende namen als Bakker, Kramer en Stam. ,,Wij presteerden altijd goed in de Zaanstad Cup. Dat was een prachtige tijd.’’

Op het verlaten maar zonovergoten complex stelt Oortwijn dat het voor hem onbegrijpelijk is dat er niet meer mensen lid worden. ,,De contributie bedraagt maar 120 euro per jaar, de kantineprijzen zijn zeer schappelijk en het complex ligt maar twee kilometer van Wormer af. Mensen denken dat je een wereldreis moet maken om hier te komen, maar dat is echt niet het geval.’’

Juichen

In de laatste uren voor de sluiting van de overschrijvingstermijn op 15 juni ging het plotseling snel. Oortwijn durfde echter nog niet te juichen. ,,We dachten al eerder een goede slag te slaan. Een groep van O23 gaf aan wel naar ons te willen komen. Maar die spelers haakten helaas af. Jammer voor ons, maar zeker ook voor trainer Andy Huitema. Hij heeft zich richting de club altijd heel meegaand opgesteld. We zijn daarom heel blij dat hij weer over een echte selectie beschikt.’’

Er komt een groep jongens uit Wormer naar de club, José Borja, Adam Budrik, Guus Bijl Andrade, Damian de Vries, Mees Broekhoof (allen geen club), Michael Pickers (SVA), Joël Laanstra (SVA), Soren Jongert (WSV’30), Jur Blesgraag (WSV’30) en ook Oortwijn’s zoon Mike keert terug na een avontuur bij FC Uitgeest. Vanuit de uit de vorige periode bij de club gebleven selectiespelers hebben nog eens vijf man aangegeven weer voor het eerste te willen uitkomen.

,,Daarnaast spelen er in de twee lagere elftallen jongens die in willen springen als dat nodig mocht blijken’’, stelt Oortwijn. ,,De jongens uit die teams zijn het afgelopen seizoen enorm vooruit gegaan dankzij de aandacht die Andy aan de spelers heeft gegeven. De samenwerking met deze trainer bevalt uitstekend. We zijn blij dat hij blijft.’’