Guido Breuker, fractievoorzitter van ÉénHoorn, had even daarvoor aangekaart dat de gladheid op de betreffende dag had geleid tot ’een breukenfestival’. „Er zijn honderden valpartijen geweest met gebroken botten als gevolg. En het Dijklander Ziekenhuis heeft het al zo druk.” Zijn partij wilde van Broersma weten hoe een en ander is verlopen, of de gemeente aansprakelijk is gesteld door gevallen inwoners en wat de gemeente gaat doen om een herhaling in de toekomst te voorkomen.

Sensoren

Broersma gaf aan dat de gemeente en vooral de betrokken ambtenaren de situatie heel vervelend vinden, maar hij weigerde het boetekleed aan te trekken. „Onze sensoren op de Strip en Willemsweg gaven om 5.45 uur een temperatuur van twee graden boven nul aan en om 7 uur was dat anderhalve graad. De alarmbellen gingen dus niet af. Maar toen trok de bewolking weg en zakte de temperatuur onder nul en werd het glad. Zoals ook eigenlijk was voorspeld.”

Een Facebookbericht van de gemeente Hoorn, geplaatst op 10 januari om 11.34 uur, deed voorkomen alsof de strooiwagens ’s ochtends op tijd waren uitgerukt. „Dit spoort niet met de feiten”, benadrukte Breuker. „Iemand reageerde dat het eerlijker zou zijn geweest als de gemeente gewoon ’sorry, wij hebben het verkeerd ingeschat’ had gezegd. Iets met spijkers en koppen.”

Vier schadeclaims

Vier inwoners hebben de gemeente tot nu toe aansprakelijk gesteld voor de geleden schade. Broersma (wiens partner ook door de gladheid onderuit ging) hield vol dat de gemeente geen fout heeft gemaakt. „Onze verzekeringsmaatschappij zoekt dit nog uit.” Ook wees hij op de verantwoordelijkheid van weggebruikers zelf. „Wij hebben als gemeente een inspanningsverplichting. We strooien niet op kleine binnenwegen. Ik denk niet dat je de gemeente echt aansprakelijk kunt stellen. Maar dat hier iets niet goed is gegaan, dat lijkt me duidelijk.”

Breuker vond in ieder geval dat de gemeente tekort had geschoten. „Voorkomen kun je niet altijd en of we aansprakelijk zijn, dat gaan we zien. Maar aan onze inspanningsverplichting hebben we niet voldaan, stel ik bij dezen vast.”