Tot en met eind maart ligt de VOC-replica nog in Hoorn, dat zij bijna vijf jaar als thuishaven had, in het kader van een bruikleenovereenkomst met het Amerikaanse New Netherland Museum. Het Westfries Museum is hier verantwoordelijk voor de exploitatie.

Namens het bestuur van het New Netherland Museum stelt Eduard van Breen dat het schip de impact heeft gehad ’waarop het bestuur alleen had duren hopen toen het in 2014 in gesprek ging met partijen om te kijken of de Halve Maen in Nederland een nieuw publiek kon bereiken’. Dat de Halve Maen hierin is geslaagd, dankt Van Breen vooral aan ’de prachtige thuishaven Hoorn’, en aan de mensen die zich over het project ontfermden, zoals directeur Ad Geerdink van het Westfries Museum en zijn team, schipper Bram Nijenhuis en zijn bemanning (’In de dertig jaar dat de Halve Maen bestaat is er nog nooit zo goed gezeild’) en projectcoördinator Annemarie Pothaar en haar vrijwilligers.

Van Breen brengt in herinnering dat de mediawaarde van de Halve Maen voor de stad Hoorn al snel na aankomst in 2015 op 264.000 euro werd geschat. Als hoogtepunten noemt hij de deelname van het schip aan Sail Amsterdam in 2015, de toer langs vijf VOC-steden in 2016 en het bezoek van het koninklijk paar aan Hoorn in 2018. ,,De foto van Koning Willem Alexander en Koningin Maxima voor de Halve Maen ging de hele wereld rond.’’

Hij stelt dat meer dan 100.000 mensen voet op het dek hebben gezet en koppelt daar zijn verbazing aan vast over het feit dat het Hoornse gemeentebestuur een voortzetting van het bruikleencontract niet eens wilde onderzoeken. „Gezien de directe positieve impact op personen, bedrijven en de gemeenschap en de onnoemelijke indirecte bijdrage die het schip voor Hoorn betekende, was de beslissing van de Hoornse gemeenteraad om niet te willen praten over een verlenging van het vijfjarige bruikleenleencontract opmerkelijk en door weinigen goed te begrijpen. Zeker niet nu Hoorn zich als Stad van de Gouden Eeuw in de etalage zet en zo hoopt bezoekers aan te trekken. Op velen kwam dat heel tegenstrijdig over.”

Het was dankzij het succes in Hoorn, aldus Van Breen, dat er een ’gretig aanbod’ was van andere steden om als volgende thuishaven voor de Halve Maen te mogen dienen. ,,Zij zagen onmiddellijk de meerwaarde van het enig varend Nederlands 17e-eeuwse schip voor hun stad en hun gemeenschap. Het New Netherland Museum is daarom verheugd dat na vertrek uit Hoorn de Halve Maen koers zal zetten naar de VOC stad Rotterdam. Daar gaat ons gemeenschappelijk erfgoed haar culturele en educatieve missie in samenwerking voortzetten, trots aangemeerd in de gracht van de Gouden Eeuw voor het originele oude VOC-D gebouw.’’

Na Delfshaven gaat de Halve Maen naar IJmuiden, van waaruit zij in augustus zal deelnemen aan Sail Amsterdam.