Zwart-wit: chemo-dilemma

GerBen van ’t Hek

GerBen van ’t Hek

Kun je het een vader kwalijk nemen dat hij wil dat zijn twaalfjarige zoon blijft leven? Natuurlijk niet.

Kun je het diezelfde vader kwalijk nemen dat hij naar de rechter stapt om af te dwingen dat zijn zoon daarom een overlevingskans verhogende chemokuur ondergaat? Ook niet.

Zelfs de rechter van dienst begreep dat vader ’vraagtekens’ heeft over het besluit van zijn zoon David om géén behandeling te willen. In de zaak die van schrijnende dilemma’s aan elkaar hangt, zag hij echter geen wettelijke ruimte om de ’weloverwogen wens’ van een kind in de leeftijd van 12-15 te overrulen.

Vader verwijt de moeder van David, bij wie de jongen na de scheiding haast volledig woont, te sturend te zijn in háár voorkeur om geen chemokuur te doen. Maar nu een psychiater de jongen als volledig wilsbekwaam beoordeelde en zijn wens als volkomen autonoom, legde de rechter dat oordeel naast zich neer.

Met een heldere uitspraak als gevolg: David zelf wil het niet, de chemokuur komt er niet.

Dat de ouders zeggen verder niet lijnrecht tegenover elkaar te staan, is in alles een geschenk. Maar wat rest zijn pijnlijke vragen. Wat als de jongen permanent bij zijn vader had gewoond bijvoorbeeld?

Wilsbekwaam klinkt weliswaar mooi, maar karakter ontluikt toch vooral in de omgeving waarin je opgroeit.

Meer nieuws uit NHD

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.