Plan megapompen Afsluitdijk om gebied rond IJsselmeer veilig te houden.
Den Oever/Afsluitdijk. Archieffoto
De bouw van enkele megapompen in de Afsluitdijk kan een goedkope manier zijn om het gebied rond het IJsselmeer veilig te houden. Het waterpeil in het meer hoeft dan niet mee te stijgen met de verwachte stijging van de zeespiegel. Deze oplossing is de helft goedkoper dan versterken en ophogen van de dijken.
Dat stelt het Centraal Planbureau (CPB) in een globale analyse van de kosten van het Deltaprogramma voor het IJsselmeergebied. Over drie jaar worden naar verwachting politieke besluiten genomen over het miljarden kostende Deltaprogramma.
Op basis van klimaatmodellen heeft het KNMI berekend dat de zeespiegel voor de Nederlandse kust in 2100 tussen de 35 en 85 cm hoger kan zijn dan in 1990. Daarnaast kampt ons land met bodemdaling. Om overstromingen te voorkomen, is het Deltaprogramma opgesteld.
Het CPB hanteert twee basismodellen: het waterpeil in het IJsselmeer laten meestijgen met de verwachte zeespiegelstijging, of het peil niet verhogen. Variant één heeft ingrijpende gevolgen: er zouden maximaal tweeduizend woningen moeten worden verhoogd of verwijderd. Ook dijken, sluizen, gemalen en havens moeten in dat geval aangepast.
De tweede variant komt veel goedkoper uit, aldus het CPB. De eenmalige kosten van de bouw van de megapompen zijn meegerekend. Het verschil bedraagt bij het scenario waarbij de opwarming het grootst is 1,2 miljard euro (2,1 miljard versus 3,3 bij verhoging). Bij een minder sterke stijging van de zeespiegel is het verschil 800 miljoen euro.
De Deltacommissie stelde eerder voor het waterpeil in het IJsselmeer anderhalve meter te verhogen. Dat was nodig voor de veiligheid, maar ook voor de zoetwatervoorziening. Volgens het CPB is het mogelijk om voor 25 miljoen euro de voorraad te verdrievoudigen. Daarvoor moeten enkele gemalen worden vervangen bij de inlaatpunten.