Opeens is de Groote Sloot nog maar een slootje
Een eigen bedrijf. En een toekomst voor zijn zonen met een eigen bedrijf. Dat was voor wijlen veehouder Jacob van der Sluijs reden Sint Maartensburg in 1981 in te ruilen voor Canada. 35 jaar brengt de grootse schoolreünie van lagere school De Brug z’n kinderen weer bijeen in Sint Maartensburg. ,,Nederland is nu net Madurodam.’’
Holland, dat waren de jaren van de jeugd. Van opgroeien op boerderij Nabij Ananas aan de Ruigeweg. ,,Spelen en bomen klimmen in de bosjes. Zwemmen in de sloot daar. Die herinnering staat me eigenlijk meer bij dan de tijd later, in de bocht van de Grote Sloot tussen Sint Maartensbrug en Schagerbrug.’’
Aldus Jack van der Sluijs. Een van de vier broers in het gezin, dat in moeder Aafje van der Sluijs-Schuijt en de dochters Agnes en Gerda drie vrouwen telde. De broers wilden boer worden, net als vader. ,,Maar dat ging hier in Nederland moeilijk. M’n man was geen eigen baas. We boerden niet op ons eigen bedrijf, maar huurden. Een eigen boerderij, waar de kinderen mee verder zouden kunnen. Dat was wat hem naar Canada bracht’’, schetst moeder Aafje.
Hier in Nederland kon je werken en sparen wat je wilde, iets opbouwen voor de kinderen was moeilijk. ,,Ieder jaar kwam weer de blauwe enveloppe. Hij had een hekel aan die belastingen’’, vertelt moeder. ,,Kwam die enveloppe, dan stond vader te vloeken achter de koeien’’, weet Agnes nog al te goed.
Boerentoekomst
Met het oog op een brede boerentoekomst werd gekozen voor emigratie. September 1981 was het zover, al ging niet het hele gezin mee. Oudste zoon Herman koos aanvankelijk voor een boerenbestaan in Groningen. In 2001 zou hij alsnog naar Canada emigreren, zij het naar een heel ander deel van het land dan z’n ouders en broers.
Dochter Gerda bleef achter om hier haar opleiding voort te kunnen zetten. En Agnes, die al een bestaan buiten de boerderij had opgebouwd, ging uiteindelijk wel mee de plas over, maar keerde na een jaar weer terug. ,,Vader wilde dat ik mee ging. Ik heb m’n moeder geholpen haar weg te vinden in Canada. Geholpen met de taal; met tal van praktische zaken. Maar na een jaar was het voor mij genoeg; ik wilde terug.’’
Voor de broers Gerrit, Jack en Arjen lag dat anders. Zij bouwden in het zuidoostelijk in Canada gelegen New Brunswick een nieuw bestaan en nieuwe veehouderij op. Met alle aanpassingen die dat vroeg. Gerrit: ,,Het is heel anders werken. Neem het maaien en hooien. Wij waren gewend het gras te maaien, het te schudden en dan drie dagen te laten drogen voor het in de baal ging. Dáár was het een zaak van maaien, een dag laten liggen en dan het spul de schuur in. Ander gras, een ander klimaat; daar heeft het mee te maken. Vader wilde er eigenlijk niet aan; dat kon toch zo niet. Ik heb hem ervan moeten overtuigen dat het wél kon. Zelf had ik al een tijd bij een boerenfamilie in New Brunswick doorgebracht. Ik had gezien dat hun werkwijze prima voldeed.’’
Andersom leerden de Canadezen ook van die Hollandse nieuwkomers. Jack: ,,We waren destijds de eersten daar die het gras gingen kuilen. Dat heeft volop navolging gekregen.” Al zal dat in New Brunswick niet op zondag gebeuren. ,,Ook zoiets. Hier waren we gewoon te werken naar het weer. Was het mooi weer in het voorjaar en het gras stond hoog genoeg, dan ging je maaien. In de streek waar we in Canada kwamen wonen, is dat op zondag not-done.’’
Manege
Vader Jacob en de broers Gerrit, Jack en Arjen hebben een mooie veehouderij kunnen opbouwen in Canada. De oudste van de jongens, Herman, deed vanaf 2001 hetzelfde, maar dan in het centraal gelegen Alberta. Waar hij een veehouderij bestiert én een manege heeft. Twee van z’n drie dochters bedrijven daar de voltigesport. Sterker nog, ze zijn wereldtoppers in deze paardendiscipline.
Herman en Jack doorkruisen dezer dagen getooid met een hoed het land van hun jeugd. Als tijdelijke cowboys van de Zijpe. Ze zijn Canadezen geworden. ,,Het is goed geweest’’, zegt moeder Aafje 35 jaar na de emigratie dan ook. ,,Maar het is ook een gemis’’, volgt daarop, met een blik naar de meiden Agnes en Gerda.
De schoolreünie van de honderdjarige openbare basisschool De Brug maakt dat ze bijna allemaal weer bijeen zijn op hun geboortegrond. Alleen de jongste, Arjen, is niet overgekomen. ,,Hij is eigenlijk het meest Canadees van het hele stel’’, weet Gerda. ,,Logisch, hij moest nog vijftien worden toen hij hier vertrok.’’
Drukker
Maar ze kijken allemaal met de ogen van dáár naar het Nederland van nu. Gerrit: ,,Opvallendste is dat het nog veel drukker is geworden. Nieuwe huizen, nieuwe wegen. En voor ons heel erg vol, als je de ruimte in Canada gewend bent. Kleinschalig ook, wat ik niet verkeerd bedoel. Maar na 35 jaar in Canada is Holland gewoon als een soort Madurodam. En die hele grote en lange Groote Sloot uit m’n jeugd, dat lijkt nu opeens wel een beduidend klein watertje.’’