Premie na 27 jaar mét rente retour

Illustratie: Marc de Boer

Ed Brouwer

De volhouder wint! Die veer kan de heer P. Boeser op zijn hoed steken.

Boeser sluit in 1979 een levensverzekering af bij het toenmalige RVS, een Plusvier Polis. Helaas wordt hij na drie jaar arbeidsongeschikt verklaard. Het Gemeenschappelijk Administratie Kantoor, de voorloper van de UWV, schrijft Boeser dat de afkeuring volledig is. Boeser verzoekt daarom aan RVS om de levensverzekering premievrij te maken. Die mogelijkheid is er bij arbeidsongeschiktheid. En dan begint een lang proces van bellen en brieven schrijven.

Negatief

RVS komt op 17 mei 1983 met een negatief antwoord. De medisch adviseur van RVS bepaalt dat de heer Boeser ondanks de afkeuring in staat wordt geacht meer dan eenderde van de werkzaamheden, die overeenstemmen met zijn opleiding en positie, te verrichten. Met andere woorden: hij kan nog gewoon aan het werk. Hoe de adviseur tot dit advies komt wordt niet vermeld.

De heer Boeser betaalt de premie door - hij moet wel -, maar het zit hem niet lekker. Hij doet een herhaald verzoek en na vier jaar, in 1986, krijgt hij alsnog de premievrijstelling.

Daarmee in de eerste hobbel genomen. Hij heeft in die vier jaar (1982 tot aan 1986) een bedrag van €2.540,10 aan premie betaald. Boeser vindt dat hij dat geld ook terug moet krijgen. Immers: er is in die vier jaar niets aan zijn situatie veranderd.

Door allerlei omstandigheden vraagt hij pas vier jaar terug om de restitutie bij Nationale Nederlanden, dat RVS heeft overgenomen. Nationale Nederland gaat mee in dat verzoek en stort de premiebetalingen van die laatste vier jaren terug.

Erkenning

Dat is niks minder dan een erkenning dat de beoordeling in 1982 in eerste instantie niet goed was. De verzekeraar heeft onterecht 27 jaar de beschikking gehad over dit geld. De tweede hobbel is genomen en Boeser gaat door voor de derde. Hij vraagt de verzekeraar om de in die jaren opgebouwde rente over 2.540 euro uit te keren. ,,Een bedrag dat inmiddels aardig is opgelopen.”

Namens Nationale Nederlanden wordt begin dit jaar geantwoord dat de brief van het GAK pas in 2012 aan de verzekeraar is opgestuurd en dat reclamaties nooit verder dan een jaar terug worden erkend.

Maar met die conclusie is Boeser het niet eens. Hij vraagt ons om hulp en na bestudering van de zaak ben ik het met de heer Boeser eens. Immers: al in 1983 is het verzoek tot premievrijstelling in eerste instantie afgewezen door de adviseur van RVS op basis van de volledige afkeuring van het GAK. De heer Boeser kan het nu natuurlijk nooit meer keihard bewijzen dat hij die beschikking heeft opgestuurd, maar het moet wel gebeurd zijn. Anders had de adviseur nooit in 1983 een advies kunnen schrijven.

Dat de correspondentie uit 1982 en 1983 tussen de heer Boeser en RVS wellicht niet in het dossier bij Nationale Nederlanden zit, is Boeser niet aan te rekenen.Rekenen we ons niet te rijk? Ik vraag financieel adviseur René Kuijs van de Triangelgroep, die ons vaker van advies dient, als buitenstaander om zijn advies. Ook hij vindt dat Nationale Nederlanden verantwoordelijk is voor de uitkering van de in de afgelopen jaren opgebouwde rente. ,,Als de arbeidsongeschiktheid tijdig gemeld is bij de verzekeraar, dan dient Nationale Nederlanden de rente uit te keren.”

Hij maakt daarbij een vergelijking met de heffingsrente die de Belastingdienst berekent en uitkeert over tegoeden en vorderingen. Kuijs maakt een snelle berekening en komt op een rentevergoeding van 1.895 euro, boven op de premie die betaald is. Wordt echter rente over rente berekend, dan zou de totale rentevergoeding op kunnen lopen tot een bedrag van circa tienduizend euro.

Excuses

Al deze overwegingen leggen we voor aan Nationale Nederlanden en na twee weken tijd komt het verlossende antwoord. ,,We hebben nog eens naar deze zaak gekeken en we moeten concluderen dat we ook rente verschuldigd zijn. We zullen het proces in gang zetten en bieden de klant onze oprechte excuses aan’’, zegt woordvoerder Stijn Wesselink namens Nationale Nederlanden. De hoogte is nog niet vastgesteld.

Als we de heer Boeser het goede nieuws vertellen, krijgt hij er kippenvel van. ,,Geweldig.’’

Kifid

Wie een geschil heeft met een financiële instelling moet in eerste instantie de interne klachtenprocedure bij de instelling zelf doorlopen.

Stuur daartoe een brief naar de directie van de instelling en vraag of ze binnen zes weken willen reageren.

Wanneer u binnen die tijd geen reactie heeft gehad, of u komt er samen niet uit, dan kunt u een klacht indienen bij de ombudsman van het Kifid, het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening.

Op de website www.kifid.nl worden veel vragen beantwoord, zijn eerdere uitspraken te vinden en kunt u een klachtenformulier invullen.

Contact kan ook via de telefoon; 070-3338999

Meer nieuws uit frontpage

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.