In de klasse tot 78 kilogram baande Lesterhuis zich in sneltreinvaart een baan naar de finale. In de eerste ronde had de uit Heiloo afkomstige judoka haar tegenstandster Amy van Zijtveld binnen dertig seconden met ippon verslagen. Vervolgens lag Julia Dijkstra zelfs binnen zeven seconden al op haar rug.

Ook in de halve finale sloeg Lesterhuis vliegensvlug toe. Tegen Marit Kamps stond binnen dertien seconden een wazari op het bord en binnen vijftig tellen volgde een tweede wazari en daarmee de ippon. De finale ging als verwacht tegen Ilona Lucassen van Topjudo Eindhoven. Tijdens de Dutch Open in januari wist Lesterhuis haar in de eindstrijd te verslaan. En dat lukte opnieuw. Door een goede kumi kata (pakking) was Lesterhuis in staat om de wedstrijd naar zich toe te trekken. Op de grond werd met een houdgreep een wazari gescoord door de Heiloose. Daarmee was het kampioenschap een feit. In de klasse -52 kilogram pakte Ditte Bruil van Randers Budosporten zilver. De Heerhugowaardse startte met een vrijloting en won vervolgens drie partijen op rij, waaronder tegen de kampioene van twee jaar geleden. In de finale verloor ze op een waza-ari van de Amsterdamse Jorien Visser.

De Randers-tweelingzussen Amber (-48) en Meintje (-44) Koopmans verloren allebei hun partij om de derde plaats. Laatstgenoemde wierp Senna Kosak op de rug, kreeg slechts een waza-ari en hield haar tegenstandster vervolgens drie seconden tekort in de houdgreep. Tot overmaat van ramp kreeg ze vervolgens een ippon tegen. Bij de jongens -66 kilogram verloor Yannick van der Kolk de strijd om het brons.