Toch is dat wel degelijk het geval. In Grootebroek doen vijf atleten deze zondagmiddag én maandagavond letterlijk en figuurlijk een laatste gooi naar een olympisch startbewijs.

De Nederlandse discuswerpers Rutger Smith en Erik Cadée en hun collega’s Hannes Kirchler uit Italië, de IJslander Gudni Valur en de Oostenrijker Gerhard Mayer willen naar de Spelen in Rio, maar moeten daarvoor de grens van 65 meter nog slechten.

Noodclausule

Die mogelijkheid wil de Streker Atletiek Vereniging hen graag bieden. ,,Het idee om direct na het Europees kampioenschap in Amsterdam deze wedstrijd te organiseren leefde dan ook al een aantal weken’’, vertelt Paul Olofsen namens de Grootebroeker vereniging.

,,Je moet het zien als een soort noodclausule om toch de Olympische Spelen nog te bereiken voor als dit niet zou lukken tijdens het EK. Helaas was dat nodig. Gelukkig hebben wij de juiste contacten bij de Atletiekunie en het NOC*NSF om deze wedstrijd dan nog te kunnen organiseren op zo’n korte termijn.’’

In de hoek van het terrein warmt een aantal forse kerels zich inmiddels op. Het zijn overduidelijk de mannen die straks gaan trachten om de limiet van 65 meter alsnog te gooien. Cadée springt eruit vanwege zijn felle oranje shirt. Zijn landgenoot blijkt er niet te zijn. Smith zet alles op alles op de dag van morgen. De Oostenrijker Mayer is wel van de partij, komt ook in actie, maar omdat ’het’ er niet inzit deze middag maakt hij al zijn pogingen ongeldig.

Concurrentie

De internationaal gelauwerde atleten - allemaal hebben zij een persoonlijk record van dik over de nu zo benodigde 65 meter en Kirchler en Smith werden deze week nog tiende en elfde tijdens het titeltoernooi in de hoofdstad - krijgen ’concurrentie’ van een aantal SAV’ers.

Max Kuin en Matthijs de Jong zijn de benjamins van de middag. Dat Kuin in zijn eerste poging 25.35 gooit terwijl Kirchler 62.63 werpt, is dan ook niet verwonderlijk. De focus ligt op de prestatie van de grote mannen, maar Kuin en De Jong doen ervaring op met het gooien tegen internationaal opererende atleten én gooien beiden ook nog eens een persoonlijk record in de boeken.

Een beurt later komt Cadée - die met gunstige wind tijdens het ingooien tot over de 66-meterlijn werpt - nog net weer iets dichterbij dan de Italiaan: na 62.99 meter ploft zijn discus neer in het gras. Het zijn de twee beste resultaten van de eerste drie pogingen.

Maas in de wet

,,Dat is ook één van de redenen dat we het veld wat groter hebben gemaakt’’, zegt Olofsen. Het blijkt een maas in de wet te zijn. ,,Een wedstrijd is ook officieel als je vier deelnemers hebt, maar dan heb je die eerste drie pogingen niet.’’

Uiteindelijk is het de Nederlander die de 65-meter het dichtst benadert met een worp van 63.75 meter. De Italiaan komt tot 61.35, de IJslander noteert 60.49 meter.

Ultieme poging

Hoewel het slechts een paar stappen is tot aan het bordje met daarop het getal 65, blijft Rio dus nog minimaal 24 uur ver weg voor de drie. Maandagavond rest hen nog één ultieme poging, al is het de vraag of zij dan allemaal weer op het veld verschijnen. ,,Smith is er dan in ieder geval. Of Kirchler en Mayer er ook zijn, is de vraag. De IJslander in ieder geval niet. Hij kreeg na deze wedstrijd te horen dat hij een wildcard krijgt om deel te nemen aan de Spelen.’’

De start van de wedstrijd staat maandag gepland tussen 18 en 19 uur. Dit hangt af van de wind.