Genoeg werk, maar toch stroomt marine verder leeg

Een mijnenjager van de Koninklijke Marine is aan het oefenen in het opsporen en vernietigen van mijnen.© Archief / Evert-Jan Daniels

Arie Booy
Den Helder

De marine en de landmacht kennen het hoogste aantal militairen die de dienst verlaten voor een baan in de burgermaatschappij.

Personeel van de Nieuwe Haven in Den Helder, van het Korps Mariniers op Texel en in Doorn zeggen Defensie vaarwel vanwege slechte vooruitzichten of een te laag salaris vergeleken met wat ze in het bedrijfsleven kunnen verdienen.

Minister Ank Bijleveld van Defensie zet daarom in de nieuwe begroting alle zeilen bij om een rem op het vertrek te zetten. Bijleveld stelt in een toelichting op de begroting van haar departement: ’De uitstroom bij de marine is hoger dan voorzien. Dit komt vooral door militairen die onze organisatie verlaten voor het einde van de looptijd van hun contract. Dit hoge verloop is zorgelijk’.

Het aantal vertrekkende burgermedewerkers is een stuk lager dan verwacht, meldt Bijleveld. Over heel Defensie bezien is de vulling van het personeelsbestand wederom gedaald. Sinds begin 2017 is het vullingspercentage van militair personeel van 89,8 naar 84,4 procent gegaan. En dat terwijl er meer werk bij de krijgsmacht komt. Tot in 2021 komen er 3200 banen bij, wat te maken heeft met de nieuwe investeringen die gedaan worden in de krijgsmacht. Zo krijgt de marine er een tanker bij, worden nieuwe fregatten, mijnenjagers en onderzeeboten besteld. Ook andere wapens van de krijgsmacht krijgen uitbreiding.

Voor burgers op de marinewerf ligt er ook meer technisch werk in het verschiet.

Meer nieuws uit NHD

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.